Verslag PIT café 26-1-2018 De Paarse Krokodil in toezicht
De maatschappelijke sector heeft de afgelopen jaren veel regelgeving op zich af zien komen. Soms terecht: wie met publieke middelen werkt, moet dat ook kunnen verantwoorden. Maar de regeldruk vraagt veel tijd van toezichthouders en niet alle regels worden als even zinvol en uitvoerbaar ervaren. Hoe ga je hiermee om? Accepteer je dat dit zo is, ga je (nog) harder werken om toch vooral aan je maatschappelijk opdracht te blijven voldoen?
Robert de Heer, Marja de Bruijn en Paul van Waning organiseerden een PIT Café met dit onderwerp. Hierbij waren we te gast bij Wooninvest in Voorburg. Na de inspirerende inleidingen, met herkenbare voorbeelden, ging het gezelschap uiteen in kleinere groepen om aan de hand van de stellingen verder te discussiëren.
Een impressie van Robert de Heer:
Het PIT café op 26 januari was een mooie mengeling van toezichthouders uit diverse sectoren. Dat maakte dat we ons af en toe eens ongegeneerd konden verbazen over hoe de governance in andere sectoren geregeld is. Daarnaast merkte ik zelf een positief kritische houding, goede vragen over mijn onderzoek, en dat we in het bespreken van de vragen heel snel (ondanks, of juist dankzij al onze diversiteit) in staat waren de diepte in te gaan en intensief van elkaar te leren.
Vraag 1: Wat in jouw handelen als toezichthouder helpt of is belemmerend om interngerichtheid te reduceren en externe oriëntatie te laten groeien.
Opvallend in het gesprek over dit onderwerp was dat we snel op zoek waren naar de formele rol van toezichthouder in de externe oriëntatie en contacten. Het gevaar is dan dat je snel vervalt in je formele toezichtsrol en alleen kijkt naar hoe de organisatie extern georiënteerd is, in plaats van te kijken naar wat je eigen rol daarin zou kunnen zijn. Uiteindelijk vraagt het lef om alleen die verantwoording te vragen die echt van belang is, in plaats van je te laten overladen met stukken. Als je je laat overladen met stukken, kan dit komen door onvoldoende vertrouwen, maar dan moet je het daar over hebben. Vertrouwen los je niet op met stukken.
Daarnaast is het van belang dat toezichthouders niet alleen met de bestuurder praten, en alleen in rapporten lezen hoe het met de externe oriëntatie gaat, maar zelf met medewerkers, huurders, cliënten en leerlingen praten. Daarnaast is het ook erg nuttig om te praten met toezichthouders uit andere sectoren in je gebied, om samen de uitdagingen die er spelen in je werkgebied te bespreken.
Vraag 2: Diversiteit in relatie tot complexiteit. Gezien de huidige complexiteit, hoe kunnen we diversiteit in de boardroom bevorderen?
Vreemd eigenlijk dat we een goed beeld hebben van de inhoudelijke expertise, maar weinig aandacht besteden aan persoonlijkheid. Mensen die op verschillende manieren denken, en dat is niet automatisch geregeld als je mensen uit verschillende sectoren of vakgebieden hebt. Onze aanbeveling is om met elkaar een beeld te vormen over de persoonlijkheden en rollen die je in de raad wilt vertegenwoordigen, hierop te assessen en actief op zoek te gaan in de werving naar niet alleen een vakprofessional, maar vooral ook iemand die qua persoonlijkheid of denkwijze aanvullend is.
Daarnaast kun je ook in de vergadering mensen rollen geven (bv. huurder, medewerker, e.d.) om het inzicht te vergroten. En als je als raad zo ver bent dat je het ‘risico’ van een startend commissaris wilt nemen, zorg dan voor een helder ontwikkelplan voor deze nieuwe commissaris.
Hieronder in foto’s nog een sfeerimpressie van deze middag.